Eerder is al bekend gemaakt dat de pelsdierhouderij in Nederland vervroegd moet stoppen. Hierbij is aangegeven dat er een compensatieregeling komt om de pelsdierhouders te compenseren. Gisteren (19-11-2020) heeft Minister Schouten de compensatieregeling voor de pelsdierhouderij bekend gemaakt. Uitganspunt is een compensatie van € 51,- per fokteef per jaar. Daarnaast wordt een vergoeding gegeven voor de inkomensschade, een bijdrage in de transitievergoeding voor werknemers en een vergoeding voor het verbod om fokteven te exporteren. Van de totale vergoeding wordt 15% ingehouden als normaal maatschappelijk risico. Er zijn uitzonderingen op de standaard regeling. Lees het gehele stuk voor een nadere toelichting.
Zoals in de inleiding al aangegeven bestaat de nadeelcompensatie uit een viertal elementen, te weten:
1. Inkomensderving
De eerste is een vergoeding voor het gederfde inkomen. Deze vergoeding wordt gebaseerd op het laagste aantal fokteven dat gehouden mag worden volgens een verleende omgevingsvergunning, een natuurvergunning of het aantal nertsen dat gemeld is in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij. Is er geen natuurvergunning, dan wordt gekeken naar de andere twee criteria.
Per fokteef geldt een vergoeding van € 51,- voor de resterende 3 jaar. In beginsel is de vergoeding hiermee € 153,- per fokteef voor de drie jaar. Als een bedrijf dit jaar een vergoeding heeft gehad voor ruimen van het bedrijf in verband met corona, dan wordt dit bedrag verminderd met € 38,-. Er blijft dan een vergoeding over van € 115,- per fokteef voor de periode van 3 jaar.
Dit is dezelfde vergoeding als een bedrijf krijgt die geheel 2020 leeg gestaan heeft. Hierbij gelden wel enkele voorwaarden:
De datum van 28 augustus 2020 is gekozen omdat op dat moment de brief aan de Tweede Kamer is verzonden met de aankondiging van de vervroegde beëindiging.
2. Vergoeding vervangende arbeid
Naast de inkomensschade komt er een vergoeding voor het vinden van vervangende arbeid. Deze is per ondernemer in de pelsdierhouderij vastgesteld op € 66.500,- per jaar. Het eerste jaar is de vergoeding 100%, de twee jaren erna 50%. Deze vergoeding wordt uitgekeerd omdat er abrupt een einde komt aan de bedrijfsvoering en ondernemers niet in aanmerking komen voor WW. Bij de bepaling van het vergoeding wordt gekeken naar de hoeveelheid arbeid die de ondernemers verrichten. Werkt een ondernemer slechts deels op zijn bedrijf, dan wordt het bedrag naar rato berekend.
3. Vergoeding Transitie vergoeding werknemers
Als een pelsdierhouderij werknemers heeft, dan krijgt het bedrijf een vergoeding van 60% van de transitiekosten die het bedrijf moet betalen als een werknemer wordt ontslagen. De hoogte van de transitievergoeding kan bepaald worden aan de hand van een rekentool die te vinden is op de website van UWV.
Om voor de vergoeding in aanmerking te komen moet aangetoond worden dat er een werknemer daadwerkelijk is ontslagen en dat het ontslag na 28 augustus 2020 tot stand is gekomen. Verder moet de werknemer op 28 augustus 2020 in dienst zijn geweest.
Bedrijven die geheel 2020 leeggestaan hebben, komen niet in aanmerking voor een transitievergoeding.
4. Vergoeding beperking export fokteven
Vanwege het verbod om fokteven te exporteren kan een bedrijf de dieren niet verkopen aan nertsenhouders in het buitenland, ook niet als het vervoersverbod wordt opgeheven. Dan mogen er immers geen nertsen meer gehouden worden. De vergoeding hiervoor is vastgesteld op € 5,- per fokteef.
Normaal maatschappelijk risico
Van deze totale vergoeding wordt 15% in mindering gebracht als normaal maatschappelijk risico.
Voorbeeldberekeningen
Als bijlage zijn door het ministerie opgestelde voorbeeldberekeningen opgenomen, waarin voor een voorbeeldbedrijf de hoogte van de vergoeding is bepaald in 3 scenario’s.
Verdere voorwaarden
Een pelsdierhouderij doet voor zijn gehele bedrijf één aanvraag. Zijn er meerdere locaties, dan moeten deze in één aanvraag gecombineerd worden. De aanvraag moet binnen 26 weken na de inwerkingtreding van deze beleidsregels worden ingediend. Er komt een ‘middel’ waarmee de aanvraag ingediend moet worden. Bij de aanvraag moeten ten minste de volgende gegeven gevoegd worden:
Er kunnen aanvullende gegevens worden bijgevoegd en gevraagd door het ministerie.
Voor verder vragen kun u contact opnemen met ons bureau.
Bijlage 1