WIJZIGINGEN IN MEST- EN PACHTWETGEVING OP KOMST
Dit artikel is geplaatst op 25-08-2025
Binnen het ‘concept 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn’ zijn voorstellen opgenomen om de waterkwaliteit te verbeteren. Ook gaan we in deze nieuwsbrief in op een voorstel voor een herziening van de pachtregelgeving bekend gemaakt door staatssecretaris Rummenie van LVVN.
Mest: extra maatregelen en doelsturing
In het onlangs gepubliceerde ‘concept 8e Actieprogramma’ zijn, voor de periode 2026-2029, extra mestmaatregelen opgenomen. In gebieden waar de waterkwaliteit in orde is kunnen versoepelingen gaan gelden. Ook wordt waarschijnlijk een start gemaakt met doelsturing.
Actieprogramma Nitraatrichtlijn
Iedere lidstaat moet om de vier jaar een ‘Actieprogramma Nitraatrichtlijn’ (AP) indienen bij de Europese Commissie. In het AP worden (extra) maatregelen opgenomen, die ertoe moeten leiden dat de doelen vanuit de Nitraatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water worden behaald. Het 8e AP loopt over de periode 2026-2029. De overheid wil de genoemde maatregelen in de loop van deze periode invoeren, veelal vanaf 2027.
Waterkwaliteit vaak in orde, niet in alle gebieden
De regio’s met klei- en veengrond voldoen aan de nitraatnorm voor grondwater (50 mg/l). Dit geldt ook voor regio zand-noord. De verwachting is dat met de huidige maatregelen ook de regio zand midden aan de nitraatnorm gaat voldoen. Heeft u percelen in de regio zand-zuid of löss? Deze gebieden voldoen nog niet. U krijgt vanuit het 8e AP waarschijnlijk te maken met extra maatregelen.
Kwaliteit oppervlaktewater: verbetering nodig
Naar verwachting voldoet in 2027 circa 60% van het oppervlaktewater aan de normen voor stikstof en/of fosfaat. Voor percelen rondom oppervlaktewateren, die nog niet voldoen, gaan extra maatregelen gelden.
Maatregelen: aanscherpingen, soms versoepelingen
De huidige NV-gebieden komen te vervallen en worden vervangen door ‘aandachtsgebieden’. Een aandachtsgebied kan betrekking hebben op stikstof of fosfor of beide. Afhankelijk van de waterkwaliteit worden, volgens het concept 8e AP, aanvullende maatregelen genomen of vinden versoepelingen plaats.
Verwachte maatregelen volgens concept 8e AP
- De rustgewasverplichting voor zand en lössgrond blijft bestaan. Heeft u percelen in de zandregio’s noord en midden? Dan blijft de rotatieverplichting ‘1 op 4’. Voor de regio’s zand zuid en löss gaat de rotatie naar verwachting naar 1 op 3, met een optie van 2 op 6.
- De stimuleringsregeling vanggewas op zand- en lössgrond blijft van kracht. Het vanggewas mag u niet bemesten. Wel mag u het vanggewas vanaf 1 januari vernietigen (nu 1 februari).
- De verplichting van het telen van een vanggewas na mais gaat ook gelden als u mais teelt op klei- of veengrond.
- Het vanggewas na mais mag op alle grondsoorten vanaf 1 januari worden vernietigd (nu 1 februari).
- De stikstofgebruiksnormen op zand- en lössgrond kunnen, afhankelijk van de opgave, worden aangescherpt of verruimd. Ligt uw perceel in een (nieuw) ‘aandachtsgebied stikstof’? Dan kan de stikstofnorm worden gekort tot maximaal 20% van de (nieuwe) ‘generieke norm’.
- De verplichte bufferstroken blijven van kracht. Is de waterkwaliteit op klei- en veengrond goed? Dan kan de bufferstrook smaller worden (standaard 1 meter i.p.v. 3 meter).
- In ‘aandachtsgebieden fosfor’ moet u, volgens planning, op een verplichte bufferstrook van 3 meter en op bufferstroken langs KRW-waterlichamen en ecologisch kwetsbare beken een bezinkgreppel aanleggen.
- Op zand- en lössgrond moet u, na graslandvernietiging, rekening houden met een korting van 65 kg op de stikstofnorm. Dit geldt voor alle gewassen na gras.
- Eventuele maatregelen voor ‘behoud grasland’ zijn nog niet nader uitgewerkt.
Start doelsturing
Het is de bedoeling dat binnen het 8e AP een start wordt gemaakt met doelsturing gericht op grondwaterkwaliteit. U kunt hier vrijwillig aan deelnemen. Binnen deze doelsturing ligt de focus op de indicatoren N-mineraal en N-bodemoverschot. Behaalt u goede resultaten? Dan gelden voor u vanaf 2029 mogelijk versoepelingen op bepaalde generieke maatregelen.
Voorstel pacht: stimuleren langlopende pacht
Staatssecretaris Rummenie van LVVN heeft een voorstel voor een herziening van de pachtregelgeving bekend gemaakt. De insteek is om langlopende pacht te stimuleren en kortlopende pacht te ontmoedigen.
Procedure herziening pachtregelgeving
De voorstellen van de staatssecretaris moeten nog verder worden uitgewerkt in een wetsvoorstel. Daarna moeten
de Tweede Kamer en de Eerste Kamer hier hun goedkeuring over geven. Het zal daardoor nog enige tijd duren voordat de herziene pachtregelgeving definitief is.
Meer Nadruk op duurzaamheidsafspraken
In pachtovereenkomsten kunnen voorwaarden opgenomen worden waardoor de pachter duurzamer met de grond om zal gaan. De staatssecretaris wil, vooruitlopend op de herziening, het opnemen van duurzaamheidsafspraken in bestaande reguliere pachtovereenkomsten vergemakkelijken.
Bedrijfsmatigheidstoets AOW-leeftijd
Bij alle bestaande en nieuwe pachtvormen, behalve teeltpacht, kunt u op verzoek van de verpachter, te maken krijgen met een ‘toets op agrarische bedrijfsmatigheid’. De verpachter mag dit verzoek aan u doen wanneer u als pachter de AOW-leeftijd heeft bereikt en vervolgens iedere zes jaar herhalen. In tegenstelling tot nu moet u dan (als pachter) bewijzen dat u het gepachte bedrijfsmatig agrarisch gebruikt.
(Nieuwe) pachtvormen
Bij de voorgestelde herziening wil de staatssecretaris bestaande pachtvormen aanpassen of vervangen door nieuwe pachtvormen. Ook kunt u straks gebruik maken van een nieuwe langlopende pachtvorm.
Reguliere pacht
De huidige reguliere pacht blijft bestaan. Wel gaat de ‘toets op agrarische bedrijfsmatigheid’ gelden, ook voor bestaande pachtcontracten. Bij nieuwe reguliere pachtcontracten kunt u de pachtprijs zelf bepalen. Vervolgens wordt de pachtprijs jaarlijks aangepast, op basis van een (nog te ontwikkelen) ‘agrarische prijsindexatie’.
Nieuw: Duurzame langlopende pacht
De looptijd van deze nieuwe pachtvorm is volgens het voorstel minimaal 24 jaar voor de pacht van een hoeve, grond en/of gebouwen. U kunt ook hier, samen met de (ver)pachter, de pachtprijs zelf bepalen. Eveneens geldt daarna de agrarische prijsindexatie. Anders dan bij reguliere pacht bestaat bij deze nieuwe pachtvorm geen continuatierecht.
Kortlopende pacht
Deze kortlopende pacht vervangt de geliberaliseerde pacht. De maximale pachtduur wordt 12 jaar. Er geldt geen verplichte minimale pachtduur. De maximaal toegestane pachtprijs wordt afhankelijk van de duur van de pachtovereenkomst: bij een kortere duur geldt een lagere maximum pachtprijs dan bij een langere pachtduur.
Teeltpacht
Deze pachtvorm zal, naar verwachting, vergelijkbaar zijn met de huidige teeltpacht.
Natuurpacht
Deze nieuwe pachtvorm vervangt de huidige reservaatpacht. Voor los land gaat een minimale looptijd van 6 jaar gelden. Het blijft mogelijk om het, in de pachtovereenkomst opgenomen, beheerplan tussentijds te wijzigen. Bij een significante wijziging van het natuurdoel, een functiewijziging en/of een wijziging van het waterpeil kan de terreinbeherende organisatie de overeenkomst eenzijdig opzeggen. Als pachter moet u dan hiervoor gecompenseerd worden.
Kort nieuws
Aanvraag SABE-subsidies in oktober
De planning is om de SABE-subsidies ‘Adviesvoucher’ en ‘Bedrijfsplanvoucher’ open te stellen in de periode van 7 oktober t/m 18 november 2025. Beide vouchers kunt u alleen besteden via een erkende BAS-adviseur. Onze collega Johan de Vos is een erkende BAS-adviseur op het aandachtsgebied A1. Dit betreft kennis van stikstofemissie en hergebruik van nutriënten. Dus heeft u een vraag aangaande stikstof dan kunt u hiervoor een voucher laten verzilveren. Afgelopen jaren was de belangstelling voor deze vouchers zeer groot. Tot nu toe werden de aanvragen afgehandeld op volgorde van binnenkomst. Bereid u dus tijdig voor.
Controle wijziging SBI-code bij KVK
KVK wil in de periode van 5 t/m 7 september de SBI-codes aanpassen. Daarnaast worden uw SBI-codes opnieuw vastgesteld op basis van uw, bij KVK, geregistreerde bedrijfsactiviteiten. De wijzigingen voor ‘landbouw’ lijken beperkt te zijn. Desondanks is het verstandig om na 7 september uw SBI-codes te controleren bij KVK. Voor het GLB is met name de SBI-code van uw hoofdactiviteit van belang. Indien nodig kunt u vooraf de beschreven bedrijfsactiviteiten nakijken en zo nodig aanpassen. De kans dat KVK de juiste SBI-code toekent is dan groter.